dinsdag 24 januari 2012

Tokyo Tree Design

Ondanks de mogelijk misleidende titel vandaag even niet de focus op de bekendste Tokyo Tree, deze gaat pas formeel open in mei 2012. Mijn belangstelling gaat eerder uit naar deze echte tree. En met name naar het staketsel er om heen.

Deze boom staat voor de Nitenmon poort, op zich al een bezienswaardigheid want de oudste toegang tot de Senso-ji in Asakusa. Nu de herfst ook in Japan voorbij vliedt, is het blijkbaar tijd om de boom winterklaar te maken. Onzin om jaren van knippen en vormsnoei op te offeren aan een nachtvorst of sneeuw. Zodra het echt gaat vriezen, wordt om de hoepelrok een deken gewikkeld. De draad- en bamboeconstructie ondersteunt tevens de takken wanneer deze te zwaar zouden worden door sneeuwval.





Geniaal. Japans. Subtiel, sober, kunstzinnig ook. En wat een geduld, wat een vakmanschap. Kom daar bij ons maar eens om.

En vooruit, hier is ook de andere Tokyo-tree:

maandag 23 januari 2012

Over straatnamen en huisnummers? Die zijn er niet!

Tijdens de kerstvakantie kwam de rest van het gezin over naar Japan. Een welkome gezinshereniging, want na tien maanden werd het hoog tijd om elkaar ook live te spreken, voelen en ruiken. De webcam is weliswaar een goede vervanger, maar er gaat niets boven werkelijk contact.

Op de agenda stond uiteraard de bezichting van mijn dormitory. Hoe leeft-ie, waar slaapt-ie? De dorm waar ik verblijf bevindt zich in Waseda, een wijk in het midden van Tokyo. Vanuit ons gezamenlijk logeerverblijf in Higashimatsuyama, twee treinuren ten Noord-Oosten van de hoofdstad namen we de Fukutoshin lijn, die vanaf Wakōshi onder de grond duikt.

Nadat we in Waseda boven de grond kwamen - de metro gaat in Tokyo vier lagen diep - voerde ik de familie mee door de mij inmiddels welbekende wirwar aan straten en steegjes. Na 10 minuten koersen door het labyrint hield ik stil voor de voordeur. De rest liep stug door want had nog niet in de gaten dat we reeds op de plaats van bestemming gearriveerd waren. Ofschoon eenieder de foto van mijn dorm-ingang reeds lang ingeprent heeft - lang van elkaar gescheiden zijn, doet dat met je - bleek de werkelijkheid toch anders, Google Maps werkt met fisheye camera's die meer afstand tot het pand suggereren en een kijkhoek creëren die we zelf niet of nauwelijks kunnen realiseren. Men was verbaasd en verrast: "Hoe heb je de eerste keer in vredesnaam je huis kunnen vinden? Immers, er zijn nergens straatnamen en huisnummers te zien!"

En dat is inderdaad zo, ofschoon elke straat vergeven is van kanji en kana, betreft het hier nooit straatnamen en huisnummers; die zijn er niet. Wie zich in het Japans durft uit te drukken, doet er goed aan om de weg te vragen. De familie was trots. En nog meer verrast. Hoe kan het dat een modern land als Japan nooit op de ons zo bekende manier bewegwijzerd is?

In tegenstelling tot onze stratennamen en huizennummering is Tokyo opgedeeld in wijken waarbinnen zich blokken bevinden. De kleinste eenheid is een blok. De enige die precies weet waar iemand woont is de lokale postbode. Deze is dan ook goud waard. Daarnaast weet overigens elke bewoner in het blok ook exact wie waar woont. Een vragend mens is te helpen.

Japan is niet bepaald een achtergebleven land. In technologisch, organisatorisch en logistiek opzicht zijn het onbetwiste kampioenen. Wat zou dan de reden kunnen zijn voor het niet hanteren van deze zichtbare aanduidingen op staat? Hieronder wat overpeinzingen.

De Japanse aanduidingen voor buurten en wijken hebben veelal een geografisch-historische connotatie, Akihabara is bijvoorbeeld het veld van de herfstbladeren. In Nederland doen we dit ook, maar bovendien eren wij ook graag personen door een straat naar hen te vernoemen. Van de Keesomlaan in Den Burg gaat ons hart sneller kloppen, Japanners zijn dit niet gewoon. Er zijn dus in elk geval te weinig straatnamen voorhanden. Een hele categorie valt af.

Japanners steken vooral functioneel in: vergelijk het met Meijveld 1099. Een experiment dat in nieuwbouwwijken in de zeventiger jaren even werd gehanteerd: Tiende straat nummer 99. Fantasieloos in onze ogen, maar een kolfje naar de functionele hand van de Japanner. Blijft echter toch het feit dat wij de weg naar 10-99 uitstekend beplaten aan de lantaarnpalen of op de hoekgevels van huizen, terwijl men dit in Japan niet doet.

De gemiddelde Japanner verlaat zijn blok niet vaak, buiten het forenzen naar het werk om. Het leven speelt zich grotendeels in het blok af. Er wordt gewoond, gewerkt en gefeest tijdens de buurtfeesten. Deze feesten (matsuri) werden door de overheid aanbevolen om het buurtgevoel te versterken en worden ook nu nog aangemoedigd en gefaciliteerd. Het "wij in de buurt"-gevoel is nog steeds belangrijk. Japan werkt volgens het uchi (in-group) soto (out-group) systeem, waarbij de uchi een buurt vormt, waar andere buurten niet bij horen. Met andere woorden, je wordt geboren in een bepaald blok en hebt dan contact met de mensen die in het blok wonen, over het algemeen je buren. Deze geslotenheid heeft als voordeel dat men elkaar kent in de buurt en bij problemen eensgezind kan optreden. Hoewel dergelijke buurtgenootschappen tegenwoordig ook in Japan tanende zijn, is het een fijn idee om te weten dat je een beroep kunt doen op je buurtgenoten als je bijvoorbeeld ziek bent, als er brand is of de lokale aardbeving wat heviger is.

Familie die soms ver weg woont, kan door de overvolle werkdagen die de gemiddelde Japanner heeft niet frequent worden bezocht. Er worden brieven verstuurd die de post feilloos en trefzeker afhandelt en er wordt met name veel gebeld. Telefoonnummers zijn dan ook veel belangrijker dan straatnamen en huisnummers.

Andere blokken worden dus door niet-blokbewoners nauwelijks aangedaan. Er is domweg geen noodzaak. Derhalve zou een overkoepelend adressen- en stratennamen systeem als het onze, louter de verdwaalde toerist een handvat bieden. Omdat wij als westerlingen gewend zijn om een stad in ons eentje te verkennen, werkt het exact aanduiden van straten en huizen inderdaad voor ons erg goed. Echter, de Japanner gaat zelden alleen op stap en zal de wijkagent om de weg kunnen vragen. Het zou een onnodige en dure investering zijn.

Vrienden, zoals we die in Nederland kennen, relaties die we aangaan, en met name zelf uitzoeken op basis van gemeenschappelijke hobby's, of een gedeeld verleden, zijn in Japan niet zo belangrijk. Japanners zijn wel vriendelijk, maar relaties worden niet zozeer aangeknoopt vanuit de eigen keuze danwel door het lot bepaald: de buren worden de "vrienden". Misschien heeft het gezegde "Beter een goede buur dan een verre vriend" wel Japanse wortels.

Zo pas ook ik me aan: mijn vrienden in Japan zijn door het lot bepaald. Een toevallige bonte verzameling internationale studenten op een woongang, een paar dozijn toevallige Japanse deelnemers aan de Waseda International Club, een toevallige mevrouw Nakamura als huisbaas.
Mijn vrienden zijn mijn buren.
Het lot is mij gunstig gezind,
het zijn fijne vrienden!